Henk Kuijpers (Haarlem 10 december 1946) schrijft en tekent sinds 1974 de stripserie FRANKA
De Franka reeks
De reeks telt nu 25 titels (plus één extra album). Daarnaast is er veel tekenwerk gepubliceerd als
zeefdruk, poster, in overzichtsboeken en in het eigen blad FRANKA MAGAZINE dat sinds 1996
22 keer verscheen. De verhalen werden in Nederland voorgepubliceerd in PEP, de “oude “EPPO,
Veronica Magazine (oplage 1,25 miljoen exemplaren) en de “nieuwe” EPPO. In het buitenland
staat Franka o.a. in Robbedoes/Spirou. FRANKA is vertaald in het frans, duits, deens zweeds, noors, fins,
spaans (inclusief drie spaanse streektalen) en, voor de volledigheid, roofdrukjes in het chinees.
Vooral het feit dat de complete reeks verschijnt in het frans, duits, deens en zweeds is voor een
nederlandse reeks uitzonderlijk! Henk Kuijpers won in 1990 de STRIPSCHAPSPRIJS.
Henk Kuijpers
Henk Kuijpers tekent graag als kind, en leest het blad Robbedoes en de boeken van Kuifje,
Zo raakt hij in de ban van de Belgische Strip, de Klare Lijn en dan vooral de Dupuisvariant
waarvan André Franquin het boegbeeld is. Hij begint zelf strips te tekenen en in 1972 stapt
hij met een proefverhaal van tien pagina’s naar PEP. Hij wordt aangenomen. De bedoeling is
dat hij het tekenen van een strip zal combineren met zijn inmiddels bijna voltooide studie
sociologie (“alleen nog een eindscriptie schrijven”) maar de strip wint.
Het ontstaan van Franka
Dat proefverhaal is gebaseerd op een groep hoofdrolspelers die veel van misdaad weten zonder
zelf misdadigers te zijn. In de eerste opzet zijn ze filmmakers, een scenarioschrijver , een stuntman
en een handige technicus. En o ja, op de eerste pagina staat in een hoekje een naamloze scriptgirl.
Dat scenario wordt voor Eppo volledig omgewerkt, de niet-criminele misdaadkenners werken nu in
Het Misdaad Museum. Nog steeds een groep mannen, al is de scriptgirl stiekem meeverhuisd als
“sekretaresse”, (zoals dat in 1974 gespeld kon worden). In dat eerste verhaal wandelt Franka dan op
pagina 4 het verhaal binnen. In totaal zal ze 14 pagina’s meespelen. Maar in 1975 veranderen er twee
zaken: PEP wordt samengevoegd met SJORS tot EPPO, en omdat daarbij de gemiddelde lezer
wat jonger zal worden is het streven de verhaallijnen duidelijker te maken. Bijvoorbeeld door een
vaststaande hoofdfiguur te kiezen. En zo wordt Franka met ingang van het tweede deel gepromoveerd tot
de onomstreden titelheld. Want in de loop van het eerste verhaal bleek ze op haar 14 platen veruit de
meest opvallende rol te spelen. Ze neemt de hele tent over.
Veranderingen
Al doende blijkt zo dat een vrouwelijke hoofdfiguur de tekenaar het beste afgaat. Ook tegenspelers en
medespelers zijn vaak vrouw. En ook de stijl verandert geleidelijk. De wat meer karikaturale Dupuisstijl
(aanvankelijk zijn hoofden overgroot) schuift op naar wat meer half-realistische klare lijn. Franka vindt
in album 7 De Tanden van de Draak haar min of meer definitieve vorm. De verhaalinhoud gaat daar in
mee, wat kan, omdat de lezersgroep geleidelijk wat ouder wordt. Bij Eppo gaat de doelgroep jongens
van 11 naar 16 jaar. Eind jaren tachtig gaat die doelgroep verder en voltrekt zich weer een reorganisatie
en Henk Kuijpers stapt in 1990 over naar het Veronica Magazine. Nu bestaat de doelgroep opeens uit
volwassenen. Ook dat is in de verhalen te lezen en te zien.
Grand Adventure
De verhaalreeks Franka kent een ondertussen klassieke vorm: grote, avontuurlijke verhalen, met een lange
verhaallijn die zich vaak uitstrekt over meerdere albums. Grand Adventure. Veel ver uitgewerkte decors,
een doorwrocht en logisch scenario gebaseerd op veel documentatie. Aandacht voor karakteropbouw.
Franka zelf is slim en handig, zelfbewust en eigengereid, sexy maar zelfstandig. Ze heeft na het Misdaad
Museum, waar ze blijkbaar stage liep na haar studie kunstgeschiedenis, haar eigen bedrijf bij elkaar verdiend
als kunstdetective.
Eigen uitgever
Henk Kuijpers ondertussen zijn eigen uitgever geworden. Hij experimenteert met een MegaEditie van zijn werk:
een uitgave op de ware grootte van de originele platen. Lang voor de huidige hausse aan i”ntegrales” maakt
hij van alle boeken luxe versies die behalve het volledige verhaal ook een 48 pagina’s groot dossier met zeer veel
achtergrondinformatie, documentatie en “making-of” tekenwerk laten zien. Dat is succesvol.
In 2003 koopt hij alle rechten op oude verhalen terug. Nu kan hij zich concentreren op het pure striptekenen.
Allerlei commercieël en redactioneel werk hoeft niet meer, en sinds 2008 is de nieuwe Eppo de vaste
voorpublicatie.